Het champagnehuis Jacquesson werd aan het eind van de 18e eeuw opgericht door Claude Memmie Jacquesson. Het champagnehuis was direct na de oprichting zeer populair, onder andere bij Napoleon Bonaparte. Het bedrijf bleef groeien onder het bewind van zijn zoon Aldophe. Hij is ook de uitvinder van het muselet: het metalen mandje rond de kurk. Na het voortijdig uitsterven van de familielijn werd het domein overgenomen door de familie Chiquet. Nadat de broers Jean-Hervé en Laurent Chiquet (de tweede generatie van de familie) het roer bij Jacquesson overnamen, veranderde de visie van het huis. Het duo wilde geen wijnen produceren die elk jaar hetzelfde karakter hebben, maar champagnes die gericht zijn op het terroir.
De wijngaarden in de dorpen Aÿ, Dizy en Avize beslaan een totale oppervlakte van 30 hectare. Chardonnay is de meest voorkomende druivensoort, gevolgd door Pinot Noir en Pinot Meunier. Na de handmatige oogst worden de druiven gefermenteerd in eikenhouten vaten. In de kelder wordt gebruik gemaakt van de zwaartekracht, d.w.z. dat de wijnen niet worden overgepompt. Dit zorgt ervoor dat het verfijnde karakter behouden blijft.
Om te laten zien dat elke wijn en elk oogstjaar zijn eigen stijl heeft, krijgen alle champagnes zonder oogstjaar een eigen nummer. De eerste editie is nr. 728 en dateert uit 2000. De Cuvée 700-serie bestaat grotendeels uit wijnen uit het betreffende oogstjaar en een klein deel uit reservewijnen. Deze champagnes rijpen ongeveer vier jaar in de kelder voordat ze op de markt komen. Sommige van deze wijnen rijpen tot 9 jaar! Deze worden op de markt gebracht onder de naam "dégorgement tardif".
Jacquesson is een klein Champagnehuis, dat slechts 350.000 flessen per jaar produceert. Dat lijkt misschien veel, maar als je bedenkt dat deze hoeveelheid moet worden verdeeld over de wereldwijde vraag....
De beste jaargangen van Jacquesson zijn: 2002, 2004 en 2008.
Lees meer