De wijngaarden van Bruno Clair zijn verspreid over zeven dorpen en 28 verschillende appellations. Het wijngaardareaal bestaat uit ongeveer 24 hectare. Het wijnhuis en zijn kelders bevinden zich in Marsannay-la-Côte, in het Franse departement Côte d’Or.
Joseph Clair, de opa van Bruno, richtte tijdens de eerste Wereldoorlog samen met zijn vrouw Marguerite Dau Domaine Clair-Daü op. Door de jaren heen groeide het bezit en het aantal hectares. Na het overlijden van Joseph ontstond er onenigheid binnen de familie en werden er stukken grond verdeeld, maar ook verkocht aan het grote wijnhuizen, waaronder Louis Jadot. Dit alles zorgde ervoor dat Bruno het domein niet in zijn geheel kon erven, maar dat weerhield hem niet van zijn droom. In 1979 begon hij met zijn eerste percelen en sindsdien is Bruno Clair uitgegroeid tot een exclusief familiebedrijf dat meer dan 25 hectare in gebruik heeft.
Tijdens de werkzaamheden in de wijngaard is respect voor de bodem altijd al het belangrijkste uitgangspunt geweest. De vinificatie is volledig gericht op het zoeken naar de expressie van elk terroir. De productie bestaat voornamelijk uit Pinot Noir, maar ook een aantal witte wijnen en zelfs een rosé komen uit de kelder van Bruno Clair. De wijnen worden gerijpt in Franse eikenvaten, waarvan het aandeel nieuw hout varieert van 20 tot 50%. De rijping duurt doorgaans 16 tot 22 maanden. De grand cru wijnen zijn Chambertin Clos de Bèze en Bonnes Mares.
Elke wijn heeft zijn eigen identiteit door de verschillende terroirs. Toch kenmerken alle wijnen zich door elegantie, balans en lengte. Het is dan ook niet gek dat Bruno bij de grote namen van Bourgogne hoort.
De beste jaargangen van Bruno Clair zijn: 1993, 1996, 1999, 2002, 2005, 2009, 2010, 2015 en 2016.