Chateau Phelan Segur

Bernard O'Phelan, een Ierse wijnhandelaar, verliet zijn geboorteplaats Tipperary en vestigde zich aan het eind van de 18e eeuw in Bordeaux. In die tijd was de stad een belangrijke handelsplaats met Groot-Brittannië en O'Phelan knoopte al snel nauwe banden aan met families in de wijnhandel. Door deze banden trouwde hij met de dochter van Daniel Guestier, een gerenommeerde wijnhandelaar in Bordeaux. Met de ervaring van zijn schoonvader besloot O'Phelan zijn eigen wijnen te produceren en kocht in 1805 Clos de Garramey in Saint-Estèphe en in 1810 landgoed Ségur de Cabanac. Het chateau in Palladiaanse stijl, dat de top domineert van een heuvel die uitkijkt op de riviermonding, werd gebouwd in het hart van een park dat zich uitstrekte in de richting van de haven van Saint-Estèphe. Aan het begin van de 20e eeuw veranderde Château Ségur de Garramey zijn naam in Château Phélan Ségur, een weerspiegeling van de klassieke en nobele waarden van het domein, een combinatie van innovatie en erfgoed.

De wijngaarden van Château Phélan Ségur beslaat meer dan 70 hectare klei-grindbodem op de heuvels en plateaus van Saint-Estèphe. De wijngaarden bestaan uit vier grote delen, die grenzen aan andere gerenommeerde wijngaarden zoals Châteaux Montrose en Calon Ségur. De druivenrassen zijn Cabernet Sauvignon (58%), Merlot (39%) en 3% Cabernet Franc en Petit Verdot. Deze laatste druivensoort is sinds 2015 in de blend opgenomen.

De afgelopen 25 jaar scoorden de wijnen van Phelan Segur per jaargang steeds beter. Uitstekende hoog scorende jaargangen zijn 2005, 2009, 2010, 2016, 2017, 2018, 2019, 2020, 2021.