Het terroir van wijnen uit Nieuw-Zeeland
De wijngebieden van Nieuw-Zeeland hebben in de meeste gevallen alluviale bodems die een uitstekende drainage mogelijk maken, behalve op Waiheke Island en Central Otago. De overheersende lokale greywacke, een soort zandsteen, maakt de bodem en het terroir op een aparte manier uniek. In Hawke's Bay bieden de Gimblett Gravels, bestaande uit rotsachtige voormalige rivierbeddingen, gronden met een lage vruchtbaarheid en warmere microklimaten, gunstig voor wijnbouw. Daarnaast zijn er kalksteenafzettingen, die de complexiteit van het terroir versterken, te vinden in gebieden als Canterbury en de Waitaki Valley.
De wijngebieden van het land worden grotendeels beïnvloed door een zeeklimaat, met uitzonderingen zoals Central Otago waar meer continentale omstandigheden heersen. De Nieuw-Zeelandse wijngebieden, die zich uitstrekken over breedtegraden van 36 tot 45 graden zuiderbreedte, genieten een klimaatdiversiteit die vergelijkbaar is met gerenommeerde wijngebieden als het Spaanse Jerez en het Franse Bordeaux.
Deze regio's liggen voornamelijk aan de oostkant van de eilanden en profiteren van drogere omstandigheden en koele nachten, cruciaal voor het behoud van de zuurgraad en het smaakprofiel van verschillende druivensoorten.
Marlborough is het beste wijngebied van Nieuw-Zeeland, gelegen in het noordoosten van het Zuidereiland. Het is beroemd om zijn Sauvignon Blanc, met wijngaarden als Cloudy Bay. Central Otago staat bekend om zijn prachtige landschappen en Pinot Noir met een koel klimaat. Hawkes Bay, het wijngebied aan de oostkust van het Noordereiland, produceert Bordeaux-wijnen en Chardonnay- en Syrah-variëteiten. De Wairarapa regio, met name Martinborough onderscheidt zich door de Pinot Noir productie vanwege het koele klimaat en de steenachtige bodem. Nelson op het puntje van het Zuidereiland biedt een reeks boetiekwijnen.